De terugweg

16 november 2020 - Kjellerup, Denemarken

Holaaa ben ik weer,

Het is alweer een maand geleden sinds ik hier voor het laatst wat heb geschreven, al heb ik best een goede reden deze keer, eerlijk waar! Ik was van plan om na Nieuw-Zeeland weer iets te posten, waar ik verwacht had nog wel een paar dagen internet te hebben buiten de kust. Niets bleek minder waar te zijn. Na een lange dag werken in de haven van Tauranga kroop ik vlot onder de dekens, en werd ik de volgende ochtend plots wakker buiten het informatietijdperk.
Inmiddels zijn we drie dagen verwijderd van Panama, en hebben de internetgoden ons weer voorzien van een signaal. Het is fijn om weer verbonden te zijn met de rest van de wereld, maar even een paar weken zonder gezeik van buitenaf was ook best lekker hoor. Daarnaast ontvangen we dagelijks nieuws via de mail, dus het is niet zo dat we al die tijd onder een rots leven.

Maar goed, terug naar het begin. Delilah en ik zijn iets voor Australië gewisseld tussen brug en machinekamer. Dat betekend dat ik nu van acht tot twaalf aan dek werk, en daarna een paar uur op de brug na de lunch. Het dekwerk is niet heel leerzaam maar wel relaxed, er staat namelijk nooit iemand in je nek te hijgen terwijl je het doet. Normaal gesproken ben je daar vooral aan het bikken, verven of schoonmaken, maar de derde officier had iets anders leuks in het hoofd voor Guillaume en mij. We mochten van hem alle honderden ventilatieluiken van de ruimen even opnieuw invetten, een klusje waar we wel enkele weken mee bezig zijn geweest.

De luiken aan de zijkanten van de ruimen waren goed te doen, al hadden we wel een ladder nodig om ze te bereiken. We moesten hier ook oppassen voor de chief engineer, die daar als elke middag de gangpaden rond banjerde als warming up voor zijn sportuurtje. Je ladder zal hem dan maar net in de weg staan, want deze man loopt gewoon door, als een soort Sovjet stoomlocomotief beukte hij zich zelf er wel langs.
Vervolgens waren de behoorlijk weggestopte luiken tussen de ruimen aan beurt. We hebben ons deze dagen door een aardige collectie mangaten heen gewurmd. De vergelijking met Vietcong tunnels is hier meerdere malen gemaakt. Tijdens het werk kregen we het idee om ook aan wal een bedrijfje te beginnen. We zouden dan één of ander aftands busje kunnen aanschaffen, waar dan op staat: “Sjon & Arie, de Picasso’s van het invetten!”. Je wordt immers nooit serieus genomen als professioneel invetter zonder een dergelijke naam te hebben. Als tweede stap zouden we kunnen beginnen met het roken van zware shag, Van Nelle uiteraard. Dan kan één van ons de shagjes rollen terwijl de andere aan het werk is. Voor nu zijn we echter blij dat het klusje achter de rug is.

Op de brug is het ook niet heel spannend. Onze enige vaste taak daar is het lezen en verwerken van de EGCs, dat zijn berichten met gevaren voor de navigatie. Zo kan er bijvoorbeeld een vuurtoren buiten dienst zijn, of hebben ze ergens een nieuw boorplatform geïnstalleerd. Als het gevaar in de buurt van de route ligt noteren we het vervolgens in de kaart. Daarna kunnen we in alle rust aan onze verslagen werken. Althans dat is de situatie hier op de oceaan, als we ons in wat boeiender (pun not intended) vaarwater begeven, dan is het natuurlijk wel leuk om een beetje mee te kijken. Als er een loods aan boord komt halen we die ook wel een op bij de ladder, en we helpen ook mee met het aan- en afmeren van het schip.

In de haven zijn we verantwoordelijk voor de gangway, de trap die als ingang van het schip fungeert. Je moet er dan op letten dat die goed blijft staan terwijl het getij zijn ding doet. Daarnaast moet iedereen die aan boord komt ingeschreven worden. Al met al komt dit er op neer dat je zes uur lang bijna niks aan het doen bent, waarna je door je mede cadet wordt opgelost. Na zes uurtjes rust sta je daar dan weer met een kop koffie in je hand. Gelukkig wordt het getolereerd als je een boek leest of op je telefoon zit.
In Australië hadden we zo drie havens achter elkaar, en in Nieuw-Zeeland dus ook nog eentje. En al doe je dus geen ene fuck tijdens je wacht, het blijkt toch wel vermoeiend te zijn. Mede daarom heb ik best wel van de huidige oceaan oversteek genoten. Acht uurtjes slaap elke dag is toch wel lekker!

Verder is het leven nog steeds dikke prima hier. Ik heb mijn sport, gitaar, boeken en genoeg entertainment om het nog maanden uit te houden. En dat is maar goed ook, want we mogen nog tot eind januari. Kerst en de jaarwisseling ga ik dus op het schip beleven. Bijna alle andere mensen hier gaan wel van boord in Rotterdam, we krijgen haast een volledig nieuwe crew. Guillaume gaat helaas ook in Rotterdam van boord, waar hij zijn competentie toetsen moet gaan doen. Ik ga mijn invet partner zeker missen.

Ik sluit af met een verhaal van een paar dagen geleden, waar ik nog steeds misselijk van word nu ik er over terugdenk (u bent gewaarschuwd). Het was een doodnormale woensdag rond één uur s'middags toen wij de mess room inliepen om aan onze verdiende lunch te beginnen. Nu moet je weten dat wij cadets bij de Filipijnse crew eten, de officieren hebben hun eigen eethok. Zonder na te denken schepten we ons bord vol met rijst en de romige substantie die daarbij geserveerd werd, waarvan we dachten dat het kip was. Na een paar keer kauwen hadden we al snel door dat het iets heel anders was, dus vroeg Guillaume aan de matroos naast hem wat we nou eigenlijk aan het eten waren. Ik verstond eerst niet wat hij vertelde, en Guillaume beloofde ons dat we het niet wouden horen. Er bleken stukken koeiendarm op ons bord te liggen. Het zag er net uit als de plaatjes in het biologieboek, een hard membraan aan de buitenkant met allemaal plooien daar aan vast, dat alles in een romig sausje met overkookte aubergine. Vanzelfsprekend had deze nieuwe informatie een zeker effect op mijn eetlust. We hebben ons alle drie de rest van de dag misselijk gevoeld.

Dat is dan ook meteen waar ik het meest naar uitkijk wanneer ik thuis kom, normaal eten. Ik zou een moord kunnen plegen voor een doorsnee pasta Bolognese. We krijgen een nieuwe kok tijdens de crewchange in Rotterdam, dus hopelijk kan hij nodeloze doden voorkomen.

Bedankt voor het lezen, en tot gauw!

Liefs Jurjen

4 Reacties

  1. Vador:
    16 november 2020
    Goed verhaal Jurjen! Ben wel misselijk nu ook al deint het hier niet. Gr vador
  2. Jouke:
    16 november 2020
    Mooi verhaal Jurjen nog een goede tijd aan boord gewenst.
    Jouke
  3. Deine mutti:
    16 november 2020
    Je beleeft maar mooie en spannende avonturen Jur! Culinair gezien is het wel een uitdaging begrijp ik, zodra je weer thuis bent maak ik het goed met je :-).
  4. Oma en Oma.:
    17 november 2020
    Hoi Jur ,fijn te horen dat je het naar je zin hebt. Oma en Pake hebben genoten van je reisverslag. Ik deel het met de jongens o/d Anita,verder hier alles zo,n gangetje,Dikke knuff van ons